Voor chauffeurs in het wegvervoer, zoals vrachtwagen- en buschauffeurs, gelden strikte regels omtrent rij- en rusttijden. Deze regels zijn cruciaal voor de veiligheid op de weg en het welzijn van de chauffeurs. In deze blog leggen we uit wat deze regels precies inhouden.

Maximale rijtijd en ononderbroken rijtijd

Als chauffeur heb je te maken met maximale rijtijd. Dit is de tijd die je daadwerkelijk achter het stuur van de vrachtwagen of bus doorbrengt. De belangrijkste regels zijn als volgt:

- Je mag maximaal 2 keer per week 10 uur per dag rijden. Op de andere dagen van diezelfde week mag je maximaal 9 uur per dag rijden.

- Per week mag je maximaal 56 uur rijden, mits je voldoet aan de onderstaande voorwaarden.

- Over een periode van twee opeenvolgende weken mag je maximaal 90 uur rijden.

- Je werkgever moet ervoor zorgen dat je minstens eens in de 4 weken naar huis kunt of naar de vestiging waar je normaal gesproken werkt.

Ook voor de ononderbroken rijtijd, de tijd die je zonder pauze achter het stuur doorbrengt, gelden specifieke regels:

- Je mag maximaal 4,5 uur onafgebroken rijden.

- Na 4,5 uur rijden moet je een pauze nemen van minimaal 45 minuten. Deze pauze kun je ook splitsen in twee delen: eerst 15 minuten en vervolgens, binnen de 4,5 uur rijtijd, nog eens 30 minuten.

- Bij “dubbel bemand” rijden hoeft de vrachtwagen of bus niet 45 minuten stil te staan na elke 4,5 uur. Het wisselen van chauffeur en registratie is voldoende, mits de rustende chauffeur geen assistentie verleent aan de bestuurder.

Minimale rusttijden

Naast maximale rijtijden moet je als chauffeur ook minimale dagelijkse en wekelijkse rusttijden in acht nemen. Rusttijd is de tijd waarin je niet werkt of beschikbaar bent voor je werkgever. De regels daarvoor zijn als volgt.

- De dagelijkse rust moet minimaal 11 uur achter elkaar zijn  Deze kan echter ook in 2 delen worden genomen: een deel van minstens 3 uur en een deel van  minstens 9 uur. Dan heeft de chauffeur in totaal 12 uur rust genoten.

- De wekelijkse rusttijd bedraagt ten minste 45 uur. Wanneer de wekelijkse rusttijd verkort is betekent dit dat je minder dan 45 uur per week rust. Vereiste is dan wel om minimaal 24 achtereenvolgende uren te rusten.

- Tussen 2 volledige wekelijkse rusttijden mag je 3 keer de dagelijkse rusttijd verkorten tot 9 uur, zonder dat je deze uren later hoeft in te halen.

- Binnen 24 uur na het einde van je vorige rustperiode moet je nieuwe dagelijkse rustperiode zijn afgerond. In het geval van dubbel bemand rijden geldt een periode van 30 uur.

Vrijstellingen voor rij- en rusttijden

Enkele voorbeelden van vrijstellingen voor de rij- en rusttijden zijn:

1. Voertuigen zoals ambulances en voertuigen met een maximumsnelheid van 40 km/u, zijn vrijgesteld van de rij- en rusttijdenregels in geheel Europa.

2. Lidstaten mogen zelf extra vrijstellingen toepassen. In Nederland gelden deze vrijstellingen voor bepaalde voertuigen zoals rijlesauto’s en voertuigen voor geld- en waardetransport. Voor deze voertuigen is de tachograaf niet verplicht en gelden de regels uit de Arbeidstijdenwet.

Wil je meer weten hierover? Alle uitzonderingen zijn vermeld in artikel 3 in de Verordening, na te lezen met de eerder vermelde link.